Woord vooraf bij Inspirare nr. 4 van 2022
‘Benadrukt u niet te veel het verschil?’ De vraag kwam van een missionair predikant tijdens een gemeenteavond over de toekomst van de plaatselijke protestantse gemeente. Ik had geprobeerd het eigene en onderscheidende van de kerk in onze samenleving naar voren te halen, maar hij zocht toch vooral verbinding. ‘Is het niet vooral een kwestie van taal waardoor verschillen ontstaan? Moeten we daar niet doorheen willen kijken om zo te ontdekken dat we feitelijk heel veel gemeenschappelijk hebben en primair bondgenoten zijn van alle mensen van goede wil?’
De predikant bracht met zijn vraag een wezenlijke kwestie in. Wat is de eigen bijdrage van het christelijk geloof en van de kerk aan onze samenleving en aan individuele mensenlevens? Zou je in deze tijd van vervagende grenzen niet vóór alles de verbinding moeten zoeken? Daar is veel voor te zeggen, want er is veel wat ons verbindt met anderen die vanuit hun inspiratie ook zoeken naar (mede)menselijkheid. Samenwerking is geboden en gebeurt gelukkig ook volop. Maar is de samenwerking het hele verhaal? De predikant van ‘de verbinding’ bleef niet onweersproken. Een plaatselijke collega stond na zijn reactie op en zei ongeveer het volgende: ‘Als het alleen een kwestie van taal is, van een ander taalspel, dan houd ik direct op met het werken in de kerk. Dan kan ik beter iets anders gaan doen.’ Met zijn woorden bepaalde hij alle aanwezigen bij de spanning die inherent is aan de christelijke traditie en aan kerk-zijn.
Er is verbinding én er is onderscheid, en de vraag is hoe we tot een vruchtbare balans kunnen komen. Moeten we verschillen koesteren en is er daarmee reden tot wat je zou kunnen noemen grensbewaking? Of zouden we juist meer moeten inzetten op het samen optrekken vanuit uiteenlopende religieuze en seculiere bronnen? De kernvraag in dit nummer is of de kerk een open gemeenschap is van mensen met een gedeelde passie, een gerichtheid op Jezus Christus, hoe divers ook, of een duidelijk afgegrensde gemeenschap van gelovigen. Of in de woorden van antropoloog en missioloog Paul Hiebert: is de christelijke gemeente bounded set, gedefinieerd door duidelijke grenzen, of centered set, gericht op een gemeenschappelijk centrum.
In het openingsartikel neemt Sake Stoppels, lector theologie aan de CHE, ons mee in een verkenning van de modellen van Hiebert. Hij signaleert in relatie tot kerk, geloof en de missionaire praktijk een verschuiving van een bounded set-benadering naar een centered set-benadering. Grenzen worden niet meer strak getrokken, de focus verschuift naar de oriëntatie van mensen op een kern. Hij bespreekt vijf auteurs die ieder op een eigen wijze nadenken over concentrisch gemeente-zijn en voegt er vijf overwegingen aan toe.
Joep Dubbink, bijzonder hoogleraar bijbelse theologie aan de VU en PKN-predikant in Uithoorn, laat de uiteenlopende posities in het Oude Testament rond afgrenzing zien. We kunnen spreken van een intern debat, een zoektocht naar een passende verhouding met omringende volken en godsdiensten. Cees Stavleu, docent Oude Testament aan de CHE, staat stil bij twee eschatologische maaltijden, in respectievelijk Jesaja 25 en Lukas 14. Ze willen vooral insluiten en niet uitsluiten, maar in Lukas 14 blijken mensen zichzelf buiten te sluiten.
Jan Wolsheimer, directeur van Missie Nederland, stak in de afgelopen jaren tal van grenzen over om in contact te komen met mensen die niet zo snel een kerk zullen binnenstappen. Daar deed hij letterlijk grensverleggende ervaringen op. Op bevlogen wijze schrijft hij over die ontmoetingen en wat deze zouden kunnen betekenen voor de ‘gewone’ kerken. Ze zullen meer moeten gaan lijken op zeesterren, is een van zijn conclusies.
Miranda Klaver, VU-hoogleraar antropologie van religie, schrijft over grote evangelische kerken die zich als open, gastvrije, laagdrempelige gemeenschappen presenteren. Maar de mensen die ‘welcome home!’ worden geheten, blijken nogal eens te maken te krijgen met allerlei huisregels, die niet op de website staan. Ze constateert dan ook dat groeps- en gemeenschapsvorming altijd samen gaan met processen van in- en uitsluiting. En hoe open wil je daarover zijn?
Grant Porter, programmadirecteur Midden-Oosten, Noord-Afrika en Centraal-Azië voor Cornerstone Trust in de VS, laat zien hoe nieuwe gemeenschappen van moslims die Jezus gaan volgen, juist een omgekeerde beweging lijken te maken van de beweging die Stoppels beschrijft. Zij ontwikkelen zich, mede vanwege de vraag wie nu echt bij hun gemeenschap hoort en wie echt te vertrouwen is, van een zeer open centered set-benadering naar een meer bounded set-benadering. Bernhard Reitsma, bijzonder hoogleraar aan de VU en lector aan de CHE, heeft zijn bijdrage vertaald en bewerkt. Hij was ook de promotor van Porter bij het onderzoek waarop dit artikel is gebaseerd.
In het slotartikel reflecteren we op de diverse bijdragen en formuleren we enkele conclusies naar aanleiding van de spanning tussen bounded set- en centered set-geloofsgemeenschappen.
Bernhard Reitsma en Sake Stoppels (redacteurs van dit themanummer)
Inhoudsopgave 04 | 2022
Tussen grensbewaking en grensvervaging: over insluiting en uitsluiting
Bernhard Reitsma & Sake Stoppels
Concentrisch denken rond geloof en kerk
Sake Stoppels
Zou Ik dan geen verdriet hebben om Nineve, die grote stad? In- en exclusiviteit in de Hebreeuwse Bijbel
Joep Dubbink
Wat disgenoten bindt: over twee inclusieve eschatologische maaltijden
Cees Stavleu
Grensbrekers
Jan Wolsheimer
Welcome Home: geen (evangelische) kerk zonder grenzen
Miranda Klaver
Open of begrensd: nieuwe christelijke gemeenschappen in een islamitische context
Grant Porter & Bernhard Reitsma
Begrensde openheid: reflecties op het thema bounded of centered set
Berhard Reitsma & Sake Stoppels
Recensies
Комментарии