Jesus the Great Philosopher. Rediscovering the Wisdom Needed for the Good Life. Jonathan T. Pennington, Brazos Press Grand Rapids 2020, 230 blz., $ 18.99
Aan het begin van Jesus the Great Philosopher vertelt de nieuwtestamenticus Jonathan Pennington over een vroegchristelijke kerkje in Dura-Europos, gelegen in hedendaagse Syrië, waarin Jezus lijkt te zijn afgebeeld als een filosoof. Penningtons boek biedt ons eigenlijk een antwoord op de vraag waarom Jezus zo was weergegeven en waarom de meeste christenen vandaag de dag het christendom niet zien als een levensfilosofie. Volgens Pennington is het christendom historisch wel begrepen als een philosophy of life, maar is hier verandering in gekomen door ontwikkelingen in de filosofie zelf. Moderne (academische) filosofie zou iets heel anders zijn dan filosofie in de oudheid (9, 21).
Antieke filosofie zou in zekere zin holistischer, praktischer en gemeenschappelijker zijn geweest. Fysica, metafysica, epistemologie en ethiek waren niet van elkaar gescheiden en de filosofische scholen van de oudheid waren gekenmerkt door vriendschap en onderwijs van een leraar die zelf een voorbeeld was in hoe je goed kon leven (22-29). Aan de hand van zo’n, wellicht iets te rooskleurige, voorstelling van antieke filosofie beargumenteert Pennington dat de Bijbel antwoorden geeft op traditionele filosofische vragen, dat zowel het Oude als het Nieuwe Testament in zekere zin filosofische werken zijn, dat Jezus een grote filosoof is en dat het christendom een levensfilosofie biedt die duidelijkheid geeft over wat het goede leven is en hoe wij echt gelukkig kunnen worden (51-53, 79, 101, 202, 211). Deze christelijke filosofie wordt dan (deels) ontvouwd in een aantal hoofdstukken over emoties, relaties, geluk en het goede leven, waarbij er ook veel aandacht is voor Grieks-Romeinse filosofie. In het boek komt Pennington soms echter dichtbij een christelijk triomfalisme dat juist niet compatibel is met het leren van de antieke filosofen: er valt immers niets meer te leren als je alles al weet (zie 202-203).
Pennington bouwt in dit vrij populaire boek, met allerlei culturele verwijzingen, anekdotes en afbeeldingen, voort op zijn meer academische werk over de Bergrede, The Sermon on the Mount and Human Flourishing (2017), waarin hij al aandacht schonk aan antieke filosofie. Het is boeiend om zowel Jezus als de Bijbel te benaderen vanuit dit perspectief. Er zijn zeker tekenen dat Jezus in de wijsheidstraditie van Israël staat (zie Mt. 7:24-27) en dat zijn onderwijs ook bedoeld was voor de volken (Mt. 28:20). Er zijn bovendien, zoals Pennington duidelijk maakt, overeenkomsten met de Grieks-Romeinse filosofen te vinden. Anderen hebben in recente jaren Jezus en filosofie met elkaar in gesprek gebracht, zoals Paul Moser in het geredigeerde werk Jesus and Philosophy (2009) en Runar Thorsteinsson in zijn boek Jesus as Philosopher (2018). Een filosofische benadering van de Bijbel als geheel zien we bij het vorig jaar verschenen Biblical Philosophy van Dru Johnson.
Het beeld dat Pennington van Jezus, de Bijbel en het christendom schetst is aansprekend en de verbinding die hij legt met de thematiek van geluk en het goede leven, kan behulpzaam zijn voor bijvoorbeeld studenten. Toch moeten we hier voorzichtig zijn en waken voor een hellenistische vertekening. Jeruzalem is niet Athene en de farizeeën zijn geen sofisten; we hebben geen Apocalyps van Aristoteles en er is geen Psalmenboek van Plato. Met het optreden van Jezus als rabbi naderen we de rol van de antieke filosoof, maar Pennington doet weinig om aan te tonen dat rabbijnse scholen werkelijk gebaseerd waren op het model van de filosofische scholen (zie 39). Dat Jezus in sommige opzichten lijkt op antieke filosofen, wil nog niet zeggen dat hij hun voorbeeld volgde, zichzelf bij hen schaarde of überhaupt bekend zou willen staan als filosoof. Toch is er zeker ruimte voor een analogisch spreken over Jezus als filosoof en voor het benaderen van de Bijbel met filosofische vragen. Zoiets zou kunnen helpen bij de problemen die Pennington signaleert onder moderne christenen, waaronder het (primair) zoeken van levenswijsheid bij alternatieve bronnen (12-16).
Mark Shaw heeft theologie gestudeerd aan de Vrije Universiteit en de ETF te Leuven.
Comentarios