top of page

Recensie Christus: hoe het geloof in Jezus zich ontwikkelde in het vroege christendom

Kees van der Kooi

Christus. Hoe het geloof in Jezus zich ontwikkelde in het vroege christendom.

Henk Bakker, KokBoekencentrum Utrecht 2024, 648 blz., € 32,99

 

Henk Bakker heeft met deze studie een enorm rijk, gelaagd en uitdagend werk neergelegd. Samen met Jezus. Reconstructie en revisie, dat vijf jaar geleden verscheen, vormt dit boek ongetwijfeld het opus magnum van de auteur. Zijn kennis en kunde van zowel de exegese als ook van de vroegchristelijke kerk is in deze boeken met handen te grijpen. De lezer wordt ingeleid in een wereld van teksten, informatie, methoden, interpretaties en vooral – ik beschouw dat als een sterk punt – in de ervaringen die eraan ten grondslag liggen.

Wanneer ik de ondertitel interpreteer als nadere bepaling van de hoofdtitel, is het boek vooral bijbel-theologisch en theologie-historisch van aard. De auteur maakt er veel werk van de achtergrond en context van de schrijvers te verhelderen. Biografie en theologie horen samen, zo verzekert Bakker de lezer vele malen. Het is ronduit fascinerend wat dit bijvoorbeeld betekent voor het verstaan van Saulus en zijn verandering tot Paulus. Hetzelfde geldt voor het evangelie van Johannes, dat in opzet en inhoud de bedoeling heeft een nieuwe priesterlijke gemeenschap te vormen en daarmee een nieuwe tempel te zijn waar de liefde heerst en de dienst aan elkaar regel is (408).

Het boek dient zich aan als een studie ‘over christologie’ (14). Dat roept de vraag op of het zelf ook een christologie is. Bakker noemt wel enkele fundamentele statements die rechtstreeks uit de oerchristelijke devotie tot Jezus komen: ‘in Christus zijn’, ‘Jezus is Heer’, ‘Maranata’, ‘Abba pater’ (538); allemaal zijn het effecten van het werk van de Geest. Johannes en Paulus leveren – net als de synoptische evangeliën – een overvloed aan materiaal voor een geestchristologie. Met die belijdende elementen zitten we inderdaad bij het basismateriaal van de nieuwe gemeenschap rondom Christus. Bepalend in die gemeenschap zijn de ‘identity narratives’, gezamenlijke praktijken, en deze vormen tenslotte een traditie (35). Ik ben het met die analyse van harte eens: identiteit ligt niet zozeer in de in een belijdenis vervatte proposities, maar is veel breder. Ze is ingebed in liederen, ervaringen, verhalen.

Wel zou ik willen vragen of Bakker recht doet aan de beperkte, maar niet minder noodzakelijke functie van leerstellige taal. Deze taal is altijd in zekere zin abstract, en ze moet dat ook zijn. Het is zelf niet het geleefde geloof, het is hoogstens een kanttekening bij dat geloof, zoals een muziekblad vol staat met aanwijzingen hoe de muziek gespeeld of gezongen moet worden. De leer heeft een beperkte, maar op gezette tijden nuttige functie, bij voorbeeld daar waar het erom gaat om, zoals Bakker keer op keer doet, te beklemtonen dat Gods heilshistorische weg met de wereld via Israël loopt en dat deze verkiezing niet geabstraheerd mag worden. Op zulke momenten werkt de theologische theorie op volle toeren en zit Bakker op de bok als theoloog en niet alleen met zijn eigen biografie.

Nadat ik dit rijke boek uit had, heb ik mij afgevraagd, wat de auteur mij als christologie aanreikt. Gaat die christologie op in de eerder genoemde exclamaties? Of in een samenvattend statement als ‘in Christus’ menswording gaat het niet om individueel geluk, maar om een samenvatting (recapitulatio) van Israëls geschiedenis en die van de mensheid’ (539)? De sympathie voor Irenaeus en Athanasius is overduidelijk, maar wat is bij voorbeeld de status van de uitspraken over de kosmische Christus zoals we die bij Paulus vinden in 1 Korintiërs 8:6 en in de brief aan de Filippenzen? Bakker beklemtoont dat deze teksten alle in een halachisch-eschatologisch kader verstaan moeten worden. Ze willen de hoorders en lezers vormen en concreet richting geven. Ze bevatten echter ook ontologische implicaties. Christus was er vanaf het begin bij. Bakker bespreekt die verborgen aanwezigheid van Christus uitvoerig naar aanleiding van Paulus. Mijn vraag is dan wel wat de betekenis van een voorbestaan van Christus (presarkos) binnen een huidige geloofsgemeenschap kan hebben. Zit er een plan achter de geschiedenis, zoals onthuld is aan Paulus als apocalyptisch ziener? Geldt dat nog? Het deed bij mij de vraag rijzen naar de kritische omgang met deze visioenen. Wat betekent de verwachting die Paulus neerlegt in Romeinen 9-11 en 1 Tessalonicenzen voor nu? Het is mij niet recht duidelijk hoe het heilshistorische traject van Bakker eruitziet. Bakker bespreekt enorm veel – soms dacht ik: te veel ­– maar bijvoorbeeld niet de brief aan de Hebreeën, waar het nieuwe verbond een duidelijke afsluiting betekent van de tempeldienst. Zulke discussies moet men mijns inziens wel voeren als men de huidige lezers wil vormen en richting geven.

Vermoedelijk wil Bakker helemaal niet een christologie geven, hoogstens bouwstenen voor de omgang met Christus. Over de geloofsbelijdenis van Nicea is Bakker buitengewoon negatief. Deze belijdenis wordt gedeconstrueerd als een gedrocht dat onder druk van keizer Constantijn is ontstaan en gebruikt om de eenheid in zijn rijk te ondersteunen. Kundig beschrijft Bakker de neoplatoonse elementen en vaagheden in deze belijdenis; wat hij onbesproken laat, is juist het heilshistorische midden: ‘Die om ons mensen en om onze zaligheid is neergekomen en vlees geworden en mens geworden is’ (521). Ik heb mij daarover verbaasd. In die zinnen wordt juist de beweging geformuleerd die het hart is van het evangelie. Ja, ik weet dat de Joodse bedding uit deze belijdenis weggelekt is, maar moet ook deze belijdenis en later die van 381 niet vanuit de context en vanuit concrete geloofservaringen mede geduid worden? De toevoegingen over de Geest in 381 zijn ondenkbaar zonder de bedding van liturgie en geloofservaring.

Bakker eindigt zijn boek met twee excursen: één over Bonhoeffer en één over Schüssler Fiorenza. In hun leven zijn biografie en theologie een eenheid. Ik heb me afgevraagd wat de functie is van deze behoorlijk uitvoerige delen. Zijn het echt excursen? Of zijn dit uiteindelijk de voorbeelden die systematisch-theologisch de boodschap van dit boek representeren? Geloof in Christus kan alleen in samenhang met een concreet leven vorm krijgen, het verbindt zich met ervaringen. Biografie en theologie hangen sterk samen. Als systematisch theoloog ben ik het daarmee eens, al is het dan wel weer merkwaardig dat Bakker op dit punt over zichzelf vrijwel zwijgt. Hoe dan ook, de beklemtoning van ervaring, context en biografie heft de noodzaak van systematische reflectie niet op.

De vraag naar identiteit van Christus in de huidige kerk wordt met het verhaal van het schip van Theseus wel gesteld (540-541), maar hoogstens indirect beantwoord. Dat kan men beschouwen als een sterk punt van dit boek. De lezer moet zelf aan de bak. Het kan ook overkomen als een terugwijken, waar juist concreetheid wordt gevraagd. Ik noem een voorbeeld: theologische reflectie over heilsgeschiedenis is hoogst actueel en noodzakelijk wanneer het gaat over de plaats van Israël. Wat moet ik bijvoorbeeld zeggen tegen een broeder in Christus die mij op de landbelofte in het Oude Testament wijst en op grond daarvan beweert dat de Joodse kolonisten in hun recht staan als ze de Westbank claimen als hun gebied en de Palestijnen die daar al generaties lang wonen, verdrijven? Is de landbelofte nog steeds van kracht, of betekent het nieuwe verbond dat Christus de tempel is in wie God heeft getabernakeld (Joh. 1:14), en dat volgens de brief aan de Hebreeën Christus is opgenomen in de hemel en de tempeldienst, obsoleet is geworden? Dat zijn vragen met het oog op de halacha, op concreet handelen in het spoor van Jezus.

Zoals ik al schreef, een rijk, gelaagd en uitdagend werk!

 

Kees van der Kooi, emeritus-hoogleraar systematische theologie aan de Vrije Universiteit te Amsterdam en werkzaam op het grensvlak van theologie en economie bij het EETI/Erasmus Universiteit te Rotterdam

Comentarios


© 2024 Tijdschrift Inspirare in samenwerking met uitgeverij Merweboek. | Privacy verklaring

  • Facebook
  • LinkedIn Inspirare
bottom of page