top of page
Eveline van Staalduine

Kinderen serieus nemen

Bijgewerkt op: 19 sep.

In een week tijd werd ik tweemaal geconfronteerd met een fenomeen, waarin kinderen dusdanig serieus genomen worden dat ik vragen ging stellen bij de manier waarop ik dat zie gebeuren in kerken waarin ik kom. En ik ging mijzelf vragen stellen, die ik graag aan u doorgeef.

 

De eerste keer was tijdens een kleine conferentie over het gebruik van Hebreeuws tijdens de synagogale diensten. De spreker was de chazzan (voorzanger, voorlezer) van de Portugese synagoge te Amsterdam. Hij begon met zijn eigen ervaringen en die startten al op zijn vijfde. Nog voordat hij kon lezen, had hij Hebreeuwse zegenspreuken geleerd van zijn vader. En op een goede sabbatdag kreeg hij de beurt om een van die zegenspreuken uit te spreken tijdens de samenkomst. Hij had dus een kleine, maar serieuze bijdrage aan de eredienst.

 

De tweede keer sprak ik met een islamitische kennis. We hadden het over lezen en voorlezen. Beiden vonden we het belangrijk om kinderen 's avonds voor te lezen voor het slapen gaan. We wisselden ervaringen en boektitels uit. We kwamen ook te spreken over het voorlezen uit de Bijbel dan wel de Koran. Ikzelf kom uit een traditie om kinderen na het eten voor te lezen uit een bijbelvertaling of een kinderbijbel. Hij vertelde dat zijn zoontje elke avond het voorlezen eindigt met het reciteren van het eerste hoofdstuk van de Koran (7 verzen). Hij deed dat elke avond serieus met de Koran in de handen, open bij Soera 1, hoewel hij het Arabisch totaal nog niet kon lezen. Hij reciteerde de tekst uit zijn hoofd. Zo eindigde hij elke dag met een kleine liturgische handeling, volkomen serieus.

 

Nu hoeven kinderen van mij echt niet Johannes 1 in het Grieks uit het hoofd te leren of iets dergelijks. Toch werd ik getroffen door de serieuze aanpak van beide voorbeelden. In beide gevallen is de aanleiding niet dat zij toch zo nodig kinderen moeten betrekken bij de liturgie en dat maar doen via een praatje voor in de kerk of via het laten zingen van een kinderlied. In beide gevallen is de reactie op deze kinderen in de liturgie (kerkelijk of huiselijk) niet dat het zo schattig is om deze kinderen aan de slag te zien. In beide gevallen voltrokken deze kinderen een serieuze liturgische handeling.

 

Ik geef daarom graag deze vraag door: hoe serieus nemen wij de kinderen in het geloof? Leggen we de lat niet te laag, als we hun een plekje geven in de liturgie? Welke taken kunnen zij hebben in de dienst, zodat zij vanaf heel vroeg werkelijk participeren? Vertrouwen wij hun een zegenbede, een kort gebed, het voorlezen van een tekst of andere onderdelen van de dienst toe? Maken wij hen vanaf het allereerste begin medeverantwoordelijk of zijn ze vooral “schattig” of misschien een moeilijke groep die ook nog moet worden bediend in de dienst? 


Eveline van Staalduine-Sulman

12 weergaven0 opmerkingen

Recente blogposts

Alles weergeven

Comments


bottom of page